Oorgetuige #2: Kindertijd. ‘Alles ter nagedachtenis aan jou…’, onze serie over Russische muziek van de twintigste eeuw. In deze tweede uitzending keren we terug naar het “legendarische Rusland van mijn kindertijd”, zoals schrijver Vladimir Nabókov het noemde. Met werken van Josif Achron, Sergej Prokofjev, Igor Stravinski, Arthur Lourié en Sofia Goebajdoelina.
‘Alles ter nagedachtenis aan jou’. Deze dichtregel van Aleksandr Poesjkin uit 1825 gaf dichteres Anna Achmátova als motto mee aan haar Noordelijke Elegieën, een gedichtencyclus die ze schreef in een van de zwartste perioden van haar land en haar leven, tussen 1940 en 1955. We zitten daarmee ineens in het hart van Rusland in de twintigste eeuw, in de Sovjet-Unie tijdens de Grote Vaderlandse Oorlog; en met deze twee grote Russische dichters proberen we ook de ziel van Rusland te naderen.
Deel 2. Kindertijd.
Historicus Orlando Figes: “Herzen, Nabókov, Prokófjev blijven allemaal veel te lang stilstaan in de kinderkamer van hun geest. Het was dan ook geen wonder dat de elite zo in de ban raakte van folklore: die bracht hen immers terug naar hun gelukkige kindertijd, naar de dagen dat hun kinderjuf slaapliedjes zong en tijdens boswandelingen verhalen vertelde.”
Josif Joeljevitsj Achron (1886-1943).
1. Six Pieces from Children’s Suite (1923).
Jascha Nemtsov, piano.
EDA 014-2
Sergej Sergejevitsj Prokofjev (1891-1953)
2. Het lelijke eendje, opus 18 (1914), naar het sprookje van Hans Christian Andersen, voor mezzosopraan en piano.
Thea van der Putten, sopraan, en Henk Ekkel, piano.
BV Haast CD 9014
Igor Fjodorovitsj Stravinski (1882-1971).
3. Petroesjka (1911), in de versie van 1947.
Israëlisch Filharmonisch Orkest o.l.v. Leonard Bernstein met Boris Berman, piano.
Deutsche Grammophon 445 538-2
Arthur Vincent Sergejevitsj Lourié (1892-1966). 4. Rojal v detskoj, vleugel in de kinderkamer (1917).
Jascha Nemtsov, piano.
EDA 012-2
Sofia Asgatovna Goebajdoelina (1931-).
5. Pianosuite Musical Toys (1969).
Diana Baker, piano.
STR 33756 Stradivarius