Kamermuziek van de Franse componist Albert Roussel (1869-1937).
1. Trio, opus 40, voor fluit altviool en cello (1929).
Paul Verhey, fluit. Henk Guittart, altviool. Herre-Jan Stegenga, cello.
2. Strijkkwartet in D, opus 45 (1931/32).
Schönberg Quartet.
3. Strijktrio in a, opus 58 (1937).
Janneke van der Meer, viool. Henk Guittart, altviool. Viola de Hoog, cello.
4. ‘Pipe’ in D, voor piccolo en piano (1934).
Paul Verhey, piccolo. Jet Röling, piano.
5. Elpénor, poème radiophonique, opus 59, voor fluit en strijkkwartet (1937).
Paul Verhey, fluit. Schönberg Quartet.