Robert Schumann (1810 tot 1856) studeerde rechten in zijn geboorteplaats Zwickau, aarzelde over een leven als literator, maar koos de muziek, zeer tegen de zin van zijn ouders. Zijn carrière als pianist en componist begon rond 1830. De jaren dertig stonden bij hem in het teken van de pianomuziek. Hij schreef in deze tijd enkele van zijn meest revolutionaire en veeleisende werken, aangemoedigd door de briljante pianiste Clara Wieck.
Schumann Symfonicus
In zijn korte leven heeft Schumann niet alleen veel gecomponeerd, maar ook een enorme ontwikkeling doorgemaakt. Zijn vroege werken verschillen enorm van zijn late. In de loop, der jaren hebben verschillende mensen op verschillende manieren naar zijn muziek gekeken. Zijn symfonieën waren lange tijd nauwelijks in beeld, maar dat is de laatste 70 jaar enorm veranderd. De Concertzender laat de vierde symfonie (uit 1841) horen. Dat werk is alleen al vanwege zijn vorm bijzonder. Schumann smeedde de vier delen aaneen tot een doorlopend geheel met motieven die steeds terugkeren. De symfonie neigt daarmee naar het symfonisch gedicht dat in de negentiende eeuw steeds populairder werd. Zonder programma, maar met een duidelijke verhaalstructuur.
Opera
Eind jaren veertig wilde Schumann een opera schrijven. Hij koos uiteindelijk een tekst rond een fictieve middeleeuwse figuur, Genoveva, destijds heel populair door verhalen van bekende schrijvers als Ludwig Tieck. Wij zendne het slot van Genoveva uit, een werk dat eerder een oratorium is dan een opera. Passend bij de Schumann van dat moment die innigheid voorrang gaf boven dramatiek.
Schuman introvert
Veel werk van na 1842 is veel minder bekend dan Schumanns vroege pianostukken. Zijn droevige einde (zelfmoordpogingen, zakelijk fiasco, wanen, misère, déconfiture) werd door sommigen opgevat als aanwijzing dat de late Schumann werk van mindere kwaliteit zou hebben geschreven. Wat daarvan ook zij, wat er feitelijk gebeurt in de noten, is verdieping en verdichting, op het abstracte af. Dat culmineerde in zijn vioolconcert, geschreven voor Josef Joachim. De violist, de echtgenote (Clara Schumann-Wieck) en de opvolger (Brahms) probeerden uitvoering van het werk te verhinderden. Met succes, want het stuk is pas veel later op het repertoire gekomen en wordt nog steeds weinig uitgevoerd.
In de late Schumann is de toon is intens, de sfeer introvert en de vorm overzichtelijk. Zoals zo vaak (Mozart, Beethoven, Schubert) bij ‘later werk’ is de schaduw van Bach nooit ver weg. Een van Schumanns bekendste composities uit deze fase is de pianocyclus Gesänge der Frühe. De oorspronkelijke titel luidde An Diotima, een verwijzing naar de liefde van de dichter Hölderlin voor zijn onbereikbare geliefde. Omdat Schumanns mentale gezondheid in deze fase steeds meer te wensen overliet, denken sommigen dat de Frühe in de titel verwijst naar gelukkiger tijden. De melodie van het eerste deel werd door Brahms gebruikt voor zijn lied Im dunklen Schoss der Heiligen Erde, een werk voor vierstemmig koor a-capella dat werd uitgevoerd tijdens de herdenkingsdienst voor Schumann in Düsseldorf, plek waar zijn carrière als dirigent strandde en hij uit wanhoop in de Rijn sprong.
Luisteren
Elke weekdag in November tussen 16 en 17 uur.