Conjunto Ibérico bracht al veel groot repertoire op acht cello’s. Deze keer is de muziek van Philip Glass aan de beurt.
Philip Glass is een pionier van de minimal music. Eind jaren zestig, begin jaren zeventig ontwikkelde hij een stijl waarin zo min mogelijk verandert, zodat een breuk met die eindeloze herhalingen des te harder binnenkomt. Ook het werk van Conjuncto Ibérico is in zekere zin minimalistisch. Uit acht keer hetzelfde instrument halen ze zoveel mogelijk variatie in klank en textuur. Door jaren ervaring – speelervaring, maar vooral ook ervaring in het arrangeren – kunnen de acht Spaanse Amsterdammers bijwijlen klinken als een heel symfonieorkest.
In dit concert horen we één orkestwerk, de Derde Symfonie – niet geschreven voor symfonieorkest, wel voor strijkorkest. De arrangeur hoeft dus geen blazers te imiteren, maar heeft nog steeds te maken met een ontbrekende bas en met hoog liggende vioolpartijen. Voor dit achttal geen probleem. Ook het spelen van operarepertoire wordt niet geschuwd: we horen twee delen uit Glass’ meesterwerk Akhnaten. Ook speelt het octet delen uit het Tweede en Derde Strijkkwartet. Zo laten ze horen dat ze, als het moet, ook klein en bescheiden kunnen klinken.