1600 was een tijd van grote omwentelingen. In de godsdienst en in de muziek. Maar met kerst bewaren we de vrede.
Wat is er nou mooier dan polyfone kerkmuziek uit de renaissance? Evenwichtige composities met een ingenieuze bouw en een hemels mooie samenklank om je eeuwig in te verliezen. Maar eeuwig duurt niet altijd. Tegen het einde van de zestiende eeuw waren mensen danig op zoek naar iets nieuws. Monodie, waarin één zangstem met een simpele begeleiding klinkt. Of gewoon instrumentale muziek, altijd een ondergeschoven kindje.
Rond 1600 was er ook al jaren een andere omwenteling gaande. Het protestantisme deed opgang. Zoals we weten liet de katholieke kerk dat niet over haar kant gaan. Maar toen Amsterdam in 1578 overstapte op het calvinisme, konden de Spanjaarden weinig uitrichten. Overal in de Nederlanden hadden ze hun handen vol aan de Opstand. Dus hadden de calvinisten, zonder dat er een schot gelost was, de Amstelstad definitief in handen.
Sweelinck was ook een man van twee werelden. In zijn eerste leven schreef hij polyfone katholieke kerkmuziek, helemaal in de traditie van de renaissance. Na 1578 was dat in één klap voorbij: de eredienst was afgelopen. Daar begon Sweelincks tweede muziekleven. Hij werd stadsorganist aan de Oude Kerk. Omdat hij zijn werken uitschreef en veel Duitse leerlingen had, werd hij daarmee bijzonder invloedrijk. Maar ongetwijfeld bleef de muziek uit zijn vorige leven doorklinken. In de katholieke Nederlanden, maar ook in schuilkerken als Ons’ Lieve Heer op Solder.
Anno 2002 roept Ensemble Hemony, de sfeer van deze tijd weer op. De reuring van een veranderende tijd wordt buiten de muren gehouden, hier is het bijna kerstmis! De adventtijd wordt niet allen geschilderd met de motetten van Sweelinck en tijdgenoten, maar ook door Lucas 1 en 2, voorgelezen door Max van Egmond zelf!