Afrika heeft een schat aan traditionele muziek. Maar het continent verandert en vooral in de steden valt er wat nieuws te beleven.
Geen schande als u bij Afrikaanse muziek nog steeds aan de jungle en de savanne denkt, maar eenzijdig is uw beeld wel. Hopeloos achterhaald ook, want het continent verstedelijkt in moordtempo en juist in de miljoenensteden wordt de muziek van het moment gemaakt. In deze menselijke mierenhopen vind je de grootste ellende maar ook de grootste levenskracht. Er komen mensen van verschillende achtergronden bij elkaar en die mensen maken hun eigen cultuur.
Het cliché dat daarbij hoort is de smeltkroes. Dat dekt de lading niet helemaal. Eerder gaan muzikanten uit van een bestaand, vaak westers genre. Daar stoeien ze vervolgens mee tot je iets hoort dat je nog niet eerder gehoord hebt. De losse elementen kun je thuisbrengen, maar de combinatie doet zijn magische werk.
Zulke muziek maakt ook de Zuid-Afrikaanse Kwani Experience. Dan zingen ze, dan weer rappen ze. Vaak wordt er gedanst, maar soms komt de muziek met zo’n rotvaart de luidsprekers uit dat je vooral niet omver wordt geblazen. Muziek als het leven in een grote stad: hard, met overal bedreigingen maar ook op elke straathoek vermaak. En vooral prikkels te over. Dit is de muziek die je moet horen als je echt aan iets nieuws toe bent.