De Karpaten hebben een geweldige muziektraditie. Meestal houden ze die voor zichzelf, maar nu horen we de muziek in Groningen.
In West-Europa is volksmuziek een historische aangelegenheid. Het is muziek die alleen bij uitzondering uit de kast wordt getrokken en die, een paar regio’s te na gesproken, allang niet meer van vader op zoon wordt overgedragen. Hoe anders is dat in Oost-Europa! Daar leeft de volksmuziek nog echt: het is de muziek waar de mensen, vooral op het platteland, naar luisteren en die ze zelf maken. Volksliedjes zijn daar wat pop-evergreens bij ons zijn.
En wat meer is: deze muziek is nauwelijks beïnvloed door de ‘beschaafde’ klassieke muziek. Bij ons namen speellieden altijd de laatste hitjes uit stadse dansbundels en grote opera’s over, in Oost-Europa kenden ze eeuwenlang geen andere geleerde muziek dan kerkmuziek. Zodoende klinkt de Karpatenmuziek ruig, op een goede manier. Een sonore, nasale manier van zingen gaat samen met een systeem waarin microtonen de gewoonste zaak van de wereld zijn.
Kapela laat deze Oost-Europese muziek horen. Maar niet alleen de traditionele boerenliedjes. Ook de muziek van joden en zigeuners komt aan bod – en die is weer een stuk kosmopolitischer. Ook de folkjazz komt in dit gevarieerde programma om de hoek kijken.
