Kapelklanken van Hieronymus Bosch

De drukte op het marktplein, het luiden van klokken, het gebabbel van publiek en de zachte klanken van lokale koren: al deze geluiden hebben door de eeuwen heen weergalmd in de historische binnenstad van ’s-Hertogenbosch. Het programma van deze avond, uitgevoerd door het wereldberoemde Nederlandse ensemble Cappella Pratensis, viert 750 jaar zang in de gedenkwaardige Sint-Janskathedraal door de uitvoering van werken uit de zogenaamde ‘Bossche Koorboeken’.
In opdracht van de Illustre Lieve Vrouwe Broederschaap bevatten deze boeken enkele van de grootste composities uit de vijftiende en zestiende eeuw, waarin de stad ’s-Hertogenbosch wordt gepresenteerd als een internationaal centrum van kunst en cultuur in de Renaissance. Als lid van de broederschap is het zeker dat de grote kunstenaar Jheronimus Bosch, de muziek uit deze boeken in de Sint-Janskathedraal heeft gehoord, men kan de mogelijke invloed van deze magische kapelklanken op zijn eigen buitenaardse meesterwerken alleen maar vermoeden.

Al bijna veertig jaar staat Cappella Pratensis bekend om haar innovatieve benadering van de uitvoering van polyfone muziek uit de Renaissance. Het ensemble behoort tot een handvol professionele ensembles wereldwijd die rechtstreeks van historische notatie zingen, in plaats van transcripties in de vorm van een moderne partituur. De afgelopen jaren heeft het ensemble zich verder verdiept in de fundamentele tradities rondom dit repertoire door historische improvisatie, pedagogische methoden en liturgische reconstructies te verkennen. Het resultaat is een intrinsieke, meeslepende benadering waarbij de uitvoerenden putten uit een werkelijke belichaamde relatie invoelende manier van kijken naar het verleden van muziekculturen om overtuigende en boeiende uitvoeringen te bieden.
De zangers van Cappella Pratensis zijn allemaal gespecialiseerd in de muziek van de Renaissance, en vele bekleden posities aan hoger onderwijsinstellingen aan Europese universiteiten en conservatoria, waaronder het Conservatorium van Amsterdam, de Universiteit van Wenen en de Schola Cantorum in Bazel. Cappella Pratensis heeft ook een functionele samenwerking met de Alamire Foundation, Internationaal Centrum voor de Studie van Muziek in de Lage Landen (Leuven) als ensemble in residentie. Het programma van het ensemble maakt gebruik van zowel de kennis als de ervaring binnen het ensemble, als uit samenwerkingen met leidraad op het gebied. Cappella Pratensis vaker deze aanpak steeds meer met in uitvoeringscontexten, waaronder vrijwel samenwerking met acteurs, digitale animators, dansgezelschappen en componisten op een innovatieve manier.
Naast reguliere optredens in concertzalen in Nederland en België, heeft Cappella Pratensis geleid tot internationale festivals en concertreeksen in heel Europa, Noord-Amerika, Zuid-Amerika en Japan, waaronder de Boston, Berkeley, Utrecht en de York Oude Muziek festivals. De opnames van het ensemble zijn goed ontvangen en hebben lof en onderscheidingen gekregen van de pers, waaronder de Diapason d’Or, de Prix Choc en, voor de laatste drie cd’s, drie gelijktijdige vermeldingen als Editor’s Choice in het tijdschrift Gramophone. Gramophone erkende de opname van het Ockeghem Requiem door het ensemble als de beste van meer dan twintig opnames gemaakt in de afgelopen veertig jaar. In 2022 won Cappella Pratensis de prestigieuze REMA-EEMN Heritage Project of the Year Award met de cd-opname Apostola apostolorum. De opname van Obrechts Missa Maria zart uit 2023 werd bekroond met de Premio Abbiati della critica musicale, won een Disco Excepcional van het Spaanse muziektijdschrift Scherzo en kreeg vijf sterren van het Spaanse tijdschrift Ritmo.
Cappella Pratensis maakt het tot een prioriteit om de kennis en ervaring binnen de groep te geven via een gevestigd educatief programma. Dit blijkt uit introductiesessies in lokale scholen tot optredens op internationale conferenties en festivals, waaronder een jaarlijkse ‘Summer School’, georganiseerd door het festival Laus Polyphoniae in Antwerpen. Het ensemble neemt regelmatig deel aan workshops op hoger onderwijsniveau, met groot succes op opmerkelijke instellingen zoals Yale, Harvard, Princeton en Oxford.