Componist van de Maand Glinka kwam in 1804 ter wereld in een dorpje bij Smolensk en overleed 53 jaar later in Berlijn. Zijn eretitel ‘vader van de Russische muziek’ is een wat te ruim vallend jasje, maar wat wel klopt is dat Glinka zich als eerste Russische componist kon meten met zijn beroemde westerse collega’s. De Glinka-methode: typische Russische elementen uitstrooien over westerse modellen. Glinka’s opleiding was zeer westers. Hij kreeg zijn opleiding eerst in Petersburg, maar die was helemaal westers gemodelleerd. En vervolgens trok Glinka door Europa en verbleef hij in Milaan en Berlijn.
Glinka was van stand en dat kun je horen. Het lied en de kamermuziek sloten aan bij de aristocratie, die zich graag vermaakte met korte stukken voor de huiskamer in overzichtelijke vormen met niet al te complexe harmonieën en met een vleugje sentimentaliteit. Glinka speelde daar op in door een Duitse stijl te combineren met een Italiaans gevoel voor bel canto. Dat leidde uiteindelijk tot zijn meest beroemde werken, de opera’s Ruslan en Ludmilla en Een leven voor de Tsaar. De werken werden meteen opgenomen in de Russische standaardcatalogus, een status die pas veranderde na de machtswisseling van 1917. Een lofzang op de tsaar was na 1917 geen goed idee, maar de muziek was veel te bekend om te negeren. Wat nu? Als compromis veranderde men de titel in Ivan Susanin, een alternatieve titel uit de koker van Glinka zelf. Susanin leidde in 1613 het Russische leger dat een Pools invasieleger versloeg. En zo doorstonden de noten onder een andere naam de censuur van de nieuwe machthebbers. Ook communisten hebben soms een flexibel geweten.
Luisteren
Vanaf donderdag 1 april 2021 tussen 16 en 17 uur.