Genre: Romantiek
Componisten/uitvoerenden: Alfred Schnittke | Franz Schubert | Johannes Brahms | Louis Toebosch
Opnametechniek: Sabrina ter Horst
De altviool zal wel nooit uit de schaduw van de viool komen. Maar voor haar liefhebbers is ze goud waard.
Je hoort nog weleens beweren dat de altviool eigenlijk te klein is gebouwd voor zijn ligging. Daardoor komen de tonen er net niet lekker uit en haalt het instrument noch de helderheid, noch het volume van de viool. Maar liefhebbers waarderen nou juist die aspecten. De meeste tonen die het instrument speelt zitten ook op een viool, maar de klankkleur heeft toetsen van de donkere celloklank. Daarom moet de traditie levend worden gehouden en heeft het instrument recht om af en toe in solo’s te schitteren.
Het repertoire is beperkt, maar het is er. De vier deelnemers aan dit altvioolconcours hebben elk hun eigen oplossing voor de schaarste aan repertoire. Joost Keizer kiest voor een stuk van Louis Toebosch (1916-2009), overigens de opa van Mayke Nas. Geen heel bekende componist, maar hij heeft deze Toccata wel speciaal voor de altviool geschreven. Anna Magdalena den Herder speelt de Arpeggione-Sonate van Schubert. Oorspronkelijk voor arpeggione (aangestreken gitaar) en nu meestal op cello gespeeld, maar zoals wel meer cellowerken kan het ook best op altviool. Marc Sabbah kiest voor het Altvioolconcert van Alfred Schnittke. Inderdaad geschreven voor de altviool, maar wel met orkest erbij. Als je niet zo gauw een orkest bij de hand hebt, arrangeer je de orkestpartijen voor piano. Saeko Oguma ten slotte speelt Brahms. Zijn twee Sonates opus 120 zijn eigenlijk voor klarinet en piano, maar je kunt ze ook prima met altviool spelen – een mogelijkheid die Brahms van meet af aan suggereerde. Deze late werken laten de rijpe, lyrische en melancholische Brahms in al zijn facetten horen. Dit is een werk waarin de donkere klank van de altviool uitstekend tot zijn recht komt.