Genres: Barok | Filmmuziek
Componisten/uitvoerenden: Arnold Veerman | Brian Eno | Heinrich Ignaz Franz von Biber | Henry Purcell | Johann Pachelbel | Louis Andriessen | Michael Nyman
Opnametechniek: Jaap Zijp
Wat hebben een filmcomponist, een excentrieke vioolvirtuoos en een klassieke tophit met elkaar gemeen?
Dit is het eerste concert uit een festival rond de Britse componist Michael Nyman. Hij werd vooral bekend om zijn filmpartituren maar debuteerde in 1981 in de concertzaal. Zijn werkwijze bleef dezelfde: hij nam een oude partituur en zorgde voor een hoop vervreemdende lagen. Berucht is het harde werk dat de musici in zijn stukken moeten steken. In Re Don Giovanni zal ook de mensen die het nog niet kennen meteen vertrouwd in de oren klinken. Het stuk is namelijk gebaseerd op een passage uit de beroemde catalogus-aria van Leporello.
In 1680 schreef de Zuid-Duitse viooltovenaar Heinrich Franz Ignaz von Biber zijn Mensa sonora, zijn ‘klanktafel’. Biber was mee met alle modes uit Italië en alle tradities uit Duitsland en was daarmee van grote invloed op de vioolwerken van Bach. Bijna zo belangrijk waren zijn excentriciteiten en zijn durf, waarmee hij opvalt in de anders zo gestileerde barokmuziek. Polytonaliteit, ongewone stemmingen, als het zo uitkwam was niets hem te gek. Ook het merkwaardige einde van dit werk zie je niet zomaar aankomen…
Rond diezelfde tijd zorgde Bibers tijdgenoot en mede-Zuid-Duitser Johann Pachelbel voor zijn Canon in D. Dit werk behoeft geen introductie: Pachelbel werd er wereldberoemd mee. Dat gebeurde echter pas bijna driehonderd jaar later. Een opname uit 1968 onder Jean-François Paillard maakte de hele wereld binnen enkele jaren verslaafd aan het dwingende ostinato met de drie bovenstemmen die elkaar canonisch opvolgen. Het aantal bewerkingen en op de Canon gebaseerde stukken is niet te tellen; vermoedelijk kun je er tientallen concerten mee vullen. Hier houden we het bij drie variaties van Brian Eno. Om de estafette in gang te houden klinkt hier ook de wereldpremière van Gaming on Eno, waarin Arnold Veerman zich weer laat inspireren door de ambientkoning.
Het geheel wordt afgesloten met de Hoketus van Louis Andriessen. Een vreemde eend in de bijt? Niet helemaal. Ook Andriessen laat zich hoorbaar door oudere muziek inspireren. De hoketus was een techniek uit de middeleeuwse muziek waarin de ene stem uitval en de andere dat opvangt. Een techniek die veel moderne componisten erg inspirerend vinden.