Tord Gustavsen komt uit Noorwegen. Hij maakt, wat je noemt, Noordse jazz.
Kijk, je weet maar nooit. Misschien kan zulke muziek als dit trio maakt net zo goed uit India of Colombia komen. Maar de combinatie van cooljazz in zijn langzaamste vorm – zeg maar gerust ‘onderkoelde jazz’ – met elementen uit de volksmuziek en een zich heel geleidelijk maar onmiskenbaar opbouwende climax lijkt wel degelijk typisch voor dit koude land, waar alles langzamer groeit en waar het leven niet verhit is. In ieder geval is het typisch voor Tord Gustavsen. Waar de meeste jazzmusici, ook in de cool-hoek, toch niet zó traag kunnen werken zonder te vervallen in een plat potje achtergrondmuziek, deelt Gustavsen alles – het tempo, het aantal muzikale gebeurtenissen, de groeicurve – gewoon door twee, zonder de spanningsboog te verbreken. Zo houdt hij de luisteraar minutenlang in bedwang met composities die zo bedrieglijk simpel beginnen.