IJzige winden, uitgestrekte vlaktes en stormachtige stiltes. De muziek van Noord-Europese componisten -van Scandinavië tot IJsland- heeft altijd een sterk landschappelijk en meditatief karakter. Ook de composities van de IJslandse Anna Thorvaldsdottir (1977) staan bol van de atmosfeer, als een in klanken gegoten sneeuwstorm of wolkenpanorama. Luchtklanken, etherische melodieën en sfeervolle instrumentale vondsten kenmerken haar ruimtelijke, dramatische muziek waarmee ze wereldwijd de aandacht trekt, onder meer van het New York Philharmonic.
Het vanuit Den Haag opererende New European Ensemble wist de druk bezette Thorvaldsdottir te strikken voor een opdrachtcompositie. Ze kreeg de vrije hand wat de componiste blijkbaar danig inspireerde. Zaterdag 7 maart wijdde het ensemble een uitgebreid portret aan haar werk in het kader van het Haagse muziekfestival Dag in de Branding. Plaats van handeling was de karaktervolle Nieuwe Kerk. Grote charme van het New European Ensemble is dat ze de componisten graag direct betrekken bij hun projecten en uitnodigen voor hun concerten. Jammer genoeg voor het ensemble moest Thorvaldsdottir dit keer verstek laten gaan vanwege gezondheidsredenen/Corona-angst. Dat is vervelend voor de componiste, want ze miste daardoor een bevlogen concertant portret. Via een videoverbinding kon Thorvaldsdottir wel het ensemble voorafgaand met raad en daad bij staan tijdens de repetities.
Onder aanvoering van de Italiaanse componist en dirigent Carlo Boccadoro speelde New European Ensemble een mooie dwarsdoorsnede van Thorvaldsdottirs kamermuziekoeuvre. In ‘Ró’ voor piano, strijkkwartet, basklarinet, basfluit en percussie valt meteen op dat Thorvaldsdottir consequent voor een heel transparant, ruimtelijk klankbeeld kiest. Statische strijkersklanken worden subtiel verweven met een web aan dramatische klankeffecten. Van valse luchtklanken op de basfluit en basklarinet tot het wrijven van een papieren prop op een gong. Muziek om de oren bij te spitsen. Gelukkig verzandt Thorvaldsdottirs muziek niet helemaal in een voorspelbaar klankentheater, en duiken er geregeld mistroostige, folk-achtige melodieën in de strijkers op. Hoogst sfeervolle muziek die niet zou misstaan op een kwaliteitslabel als ECM.
In het strijktrio ‘Spectra’ zijn het ook de intense melodieën, die ineens de aandacht vasthouden. Thorvaldsdottirs vernuftige klankspel met flageoletten, boventonen en glissandi wekken bewondering, maar een zekere gekunstelde afstandelijkheid ligt wel op de loer. Fraaier is het korte ‘Fields’ voor basklarinet, piano, slagwerk, elektrische gitaar, cello en contrabas. Een droeve melodie zwerft door het ensemble, en de instrumentale effectendans staat in dienst van de hele compositie. Met haar voor New European Ensemble geschreven ‘Entropic Arrows’ (voor o.m. strijkkwartet, basklarinet, fluit en slagwerk) kiest Thorvaldsdottir voor een veel vrijere, minder meditatieve toontaal. Ze richt haar muzikale pijlen alle kanten op, en de explosieve klankwoelingen krijgen een bijna chaotisch, expressief karakter. Het werk start met een complex, hecht weefsel van strijkersklanken, waarin naar het einde toe ruimte ontstaat voor meer stilte en melodie.
Het was overigens niet de enige wereldpremière die deze avond klonk. New European Ensemble speelde ook een nieuw ensemblewerk van de Zweed Jesper Nordin (1971). Een componist die in zijn klankidioom wat aanschurkt tegen dat van Thorvaldsdottir, maar dan met een wat ruiger, wereldser randje. In tegenstelling tot de IJslandse neemt Nordin ook muzikale invloeden uit de rock en improvisatiemuziek mee in zijn muziekprocédé. In zijn nieuwe ‘Gaussian Blur’ gaat het ensemble -met onder meer akoestische gitaar, fluit, hobo en slagwerk als blikvangers- kopje onder in een amorf klankbeeld. De luisteraar wordt aanvankelijk weinig houvast geboden, alsof je de compositie vanachter een kamerscherm mag aanhoren. Via de door Nordin ontwikkelde applicatie Gestrument worden klanken omgezet en elektronisch vervormd. De sfeer wordt steeds surrealistischer en als luisteraar dring je langzaam door in deze bevreemdende klankwereld. Indrukwekkend zijn de instrumentale climaxen die tegen het eind van het stuk alleen maar luider worden. Het New European Ensemble gaat er vol voor. Alle hulde voor een ensemble dat uiterst consciëntieus en consequent kiest voor minder bekend repertoire en weinig in Nederland gespeelde componisten.
Luisterlinks:
Anna Thorvaldsdottir:
Klik hier door naar het radioprogramma Radio Monalisa.
Klik hier door naar het radioprogramma Pakrammel.
Jesper Nordin:
Klik hier door naar ons concertpodium van de Gaudeamus Muziekweek.
Geschreven door programmamaker Mark van de Voort.