De Strijkkwartetten opus 44 schreef Mendelssohn op het hoogtepunt van zijn loopbaan, na het grote succes van het oratorium Paulus en zijn huwelijk met Cécile Jeanrenaud. Tijdens hun huwelijksreis was hij begonnen met componeren. Het door en door zangerige Strijkkwartet in e-kl.t. (opus 44:2), in dezelfde toonsoort als zijn meesterlijke, grote Vioolconcert, voltooide hij in de vroege zomer van 1837. Het jaar daarop volgden de overige twee kwartetten van dit opus. In elk van de kwartetten opus 44 heeft Mendelssohn zichzelf overtroffen door zijn beheersing van materiaal en vorm. Ieder deel is volmaakt en tegelijkertijd ontbreekt geen moment het gevoel van spontaniteit, alsof deze werken zichzelf gedicteerd hebben.
Het Strijkkwartet in f-kl.t. (opus 80) ontstond tien jaar later kort voor Mendelssohns dood en onder geheel andere omstandigheden, namelijk toen hij totaal ontdaan en ontredderd was na de plotseling dood van zijn zus Fanny. Het is een hartverscheurend werk geworden.
Felix Mendelssohn – Strijkkwartet in e-kl.t., opus 44:2
1. Allegro assai appassionato, 2. Scherzo: Allegro di molto, 3. Andante, 4. Presto agitato
Uitvoerenden: Emerson String Quartet
CD: Deutsche Grammophon
Felix Mendelssohn – Strijkkwartet in f-kl.t., opus 80
1. Allegro vivace assai, 2. Allegro assai, 3. Adagio, 4. Finale: Allegro molto
Uitvoerenden: Emerson String Quartet
CD Deutsche Grammophon
Felix Mendelssohn – Scherzo uit Opus 81
Uitvoerenden: Henschel Quartet
CD: SBME