Woldemar Bargiel
We naderen langzaamaan steeds meer de kwartetkunst van Johannes Brahms, die meestentijds na Mendelssohn en Schumann als volgend lichtend voorbeeld van hoogstaande kwartetkunst wordt beschouwd. We hebben echter ook bemerkt dat er tussen Schumann en Brahms een weelde aan kwartetten werd geschreven, en dat er in die aanhoudende stroom van nieuwe kwartetten heel wat juweeltjes te vinden zijn. Dat geldt zeker ook voor die van Woldemar Bargiel. Deze heeft met zijn vier kwartetten een interessante brug geslagen tussen Schumann en Brahms, en dan niet alleen met zijn talent, maar evenzeer door zijn afkomst. Hij was immers de halfbroer van Clara Schumann (zij hadden dezelfde moeder). De eerste kwartetten staan dicht bij zijn leermeesters (Mendelssohn en Schumann), het laatste en vierde kwartet kan zich meten met die van Brahms.
Woldemar Bargiel – Strijkkwartet nr.3, in a-kl.t. (opus 15b)
1. Allegro ma non troppo (6:45), 2. Allegretto commodo (2:45),
3. Andante sostenuto (3:49), 4. Vivace ed energico (4:30) (17:50)
Uitvoerenden: Orpheus Quartett
CD: CPO
Woldemar Bargiel – Strijkkwartet in d-kl.t. (opus 47)
1. Molto moderato ma passionate (8:30), 2. Andante (7:24),
3. Allegro energico, impetuoso (6:13), 4. Allegro ma non troppo (7:57) (29:05)
Uitvoerenden: Orpheus Quartett
CD: CPO
Woldemar Bargiel – Strijkkwartet in E-gr.t.
4. Finale. Presto (4:24)
Uitvoerenden: Orpheus Quartett
CD: CPO