Béla Bartók (1881-1945) – Strijkkwartet nr.3 (1927)
-
- Prima parte (moderato), 2. Seconda parte (Allegro), 3. Ricapitulazione della prima parte (Moderato), 4. Coda (Allegro molto)
Uitvoerenden: Ragazze Quartet
Béla Bartók (1881-1945) – Strijkkwartet nr.4 (1928)
-
- Allegro con sordino, 2. Prestissimo, con sordino, 3. Non troppo lento, 4. Allegretto pizzicato, 5. Allegro molto
Uitvoerenden: Orpheus Quartet
Zoltán Kodály (1882-1967) – Strijkkwartet nr.2, opus 10 (1916/18)
-
- Andante: Quasi recitativo – (3.) Allegro giocoso
Uitvoerenden: Kodaly Quartet
Bartóks Derde strijkkwartet is als een eendelige compositie opgezet. In het gehele kwartet zijn vrijwel geen zangmelodieën te vinden. Opvallend is de voor Bartók zo kenmerkende natuurmuziek; de sfeer is nachtelijk, verstild, met tal van verwijzingen naar geluiden van insecten, vogels, ja, zelfs de klank van de stilte.
Het vijfdelige Vierde strijkkwartet sluit naadloos op het Derde aan. De structuur is minstens zo doorwrocht en ingenieus. De nachtmuziek is in het hart van de muziek geplaatst, zo ijl en doorzichtig als slechts op het land voor te stellen is.
Met aan weerszijden een scherzo-achtig deel, en daaromheen het eerste en laatste deel. Ter aanvulling klinken het tweede en derde deel van het Tweede strijkkwartet van Kodály.