Carl Reinecke
De twee kwartetten van Carl Reinecke die vandaag op het programma staan, zijn geschreven na die van de negen jaar jongere Johannes Brahms. Maar de atmosfeer die uit deze werken spreekt doet eerder aan de muziek van Robert Schumann denken. Het Derde strijkkwartet, in C-gr.t., opus 132, voltooide Reinecke in 1874, toen hij na dienstverbanden als pianist en pianodocent in Kopenhagen en Keulen al langere tijd in Leipzig werkte als chefdirigent van het Gewandhausorkest. Tot zijn pensionering in 1895 vervulde hij in deze stad tevens de positie van professor voor compositie aan het conservatorium en leidde tal van componisten op in het vak. Het Vijfde strijkkwartet, in g-kl.t., opus 287, is naar alle waarschijnlijkheid kort na 1890 geschreven, maar pas in 1910, na zijn dood, uitgegeven. We herkennen zelfs hier en daar de nabijheid van Brahms.
Carl Reinecke – Strijkkwartet in C-gr.t., opus 132 (nr.3) (1874)
- Allegro animato (8:00), 2, Lento ma non troppo (7:11), 3. Molto moderato (4:33), 4. Finale, Allegro molto e con brio (7:10)
Uitvoerenden: Reinhold Quartett
CD: CPO
Carl Reinecke – Strijkkwartet in g-kl.t., opus 287 (nr.5) (c.1890?)
- Allegro (9:10), 2. Adagio (7:51), 3. Allegretto (4:56), 4. Finale. Molto moderato e maestoso-Allegro con brio, ma un poco maestoso (6:42)
Uitvoerenden: Reinhold Quartett
CD: CPO