Vandaag twee recent verschenen opnamen met muziek van Christoph Graupner en Georg Philipp Telemann: “Mein Jesus, nahe doch zu mir – Solo- und Dialog-Kantaten II” van Kirchheimer BachConsort olv. Florian Heyerick, en “Gulliver’s Travels” van Capricornus Consort Basel.
Het Duitse label CPO heeft al heel wat CD’s uitgebracht waarop cantates van Christoph Graupner te horen zijn. De meeste van de uitvoeringen staan onder leiding van Florian Heyerick, de Belgische dirigent die zich tot Graupner-specialist heeft ontwikkeld.
De meest recente opname bevat vijf cantates die tot de vroegste behoren die Graupner heeft gecomponeerd nadat hij tot kapelmeester aan het hof van Darmstadt was benoemd. Behalve dat hebben ze nog twee dingen gemeen. De bezetting is klein: voor sopraan en/of bas, één of twee hobo’s, strijkers en basso continuo. Bovendien stammen alle teksten van de hofdichter Georg Christian Lehms.
Twee cantates zijn bestemd voor de vastentijd, één voor Pasen en twee voor zondagen in oktober. De laatste drie gaan we horen.
Christoph Graupner (1683-1760)
1. Mein Jesus, nahe doch zu mir (GWV1129/14), cantate voor de tweede Paasdag
2. Lass uns in deiner Liebe (GWV 1159/12b), cantate voor de 18e zondag na Trinitatis
3. Dein Schade ist verzweifelt böse (GWV 1160/12a), cantate voor de 19e zondag na Trinitatis
Marie Luise Werneburg, sopraan. Dominik Wörner, bas. Kirchheimer BachConsort olv. Florian Heyerick
(cd: “Mein Jesus, nahe doch zu mir – Solo- und Dialog-Kantaten II” – CPO 555 656-2, 2024)
Op de tweede CD, “Gulliver’s Travels“, staat kamermuziek van Georg Philipp Telemann, die met Graupner bevriend was. Toen hij in Frankfurt werkte, wisselden ze soms musici uit en veel orkestouvertures van Telemann zijn bewaard gebleven doordat Graupner ze kopieerde.
Telemanns kamermuziek wordt veel gespeeld, maar bepaalde verzamelingen, zoals de Essercizii Musici, de fantasieën voor traverso en de Parijse kwartetten krijgen veel meer aandacht dan de sonates voor strijkers die het Capricornus Consort uitkoos voor een CD-opname.
Daarin laat Telemann zien dat hij in zijn beheersing van het contrapunt niet onderdoet voor zijn tijdgenoten, inclusief Bach. Opvallend is dat een aantal sonates twee altvioolpartijen hebben. Dat is een overblijfsel van de 17e eeuw, toen vijfstemmigheid in instrumentale muziek de regel was.
Georg Philipp Telemann (1681-1767)
4. Sonata à 5 voor twee violen, twee altviolen en basso continuo in e (TWV 44,5)
5. Trietto voor twee violen (of traverso’s) en basso continuo nr 3 in d (TWV 42,d1)
Capricornus Consort Basel
(cd: “Gulliver’s Travels” – Christophorus CHR 77482, 2025)
aanvulling:
Georg Philipp Telemann
6. Gulliver Suite voor twee violen in D (TWV 40,108)
Capricornus Consort Basel
(cd: zie 4-5)
Uitgelichte afbeelding: cover CD Graupner