Thema | Concertzender | Klassiek, Jazz, Wereld en meer
logo
Search for:
spinner

Thema

Oorgetuige #86: Brezjnev. ‘Alles ter nagedachtenis aan jou…’, onze serie over Russische muziek van de 20ste eeuw. Wij gaan vandaag de dooi voorbij, terug de vrieskou in.

Welkom bij Oorgetuige #86: ‘Alles ter nagedachtenis aan jou…’, onze serie over Russische muziek van de 20ste eeuw. Wij gaan vandaag de dooi voorbij, terug de vrieskou in.    
Want Leonid Brezjnev (foto rechts) was al langer bezig de positie van Nikita Chroesjtsjov te ondergraven, en in oktober 1964 sloeg hij definitief toe. Chroesjtsjov werd teruggeroepen van vakantie in Abchazië voor een presidiumbijeenkomst over agrarisch beleid. In Moskou verweten Breznjev en consorten hem de slechte economische toestand en vochten zijn gezag aan. Nog diezelfde avond belde Chroesjtsjov met zijn vriend en Politburo-collega Anastas Mikojan, en zei hem: “Ik ben moe en oud. Laat ze het zelf maar opknappen. Het belangrijkste is gedaan. Had iemand ooit durven dromen dat je Stalin vertelt dat hij niet meer past en maar met pensioen moet? Er was nog geen vochtplek van je achtergebleven! Alles is nu anders. De angst is weg, we spreken met elkaar als gelijken. Dat is mijn bijdrage. Ik zal me niet verzetten.” Deze paleisrevolutie voltrok zich zonder bloedvergieten.
Nikolaj Gorlov werd in 1926 geboren in Jaroslavl. Hij rondde het conservatorium in Moskou in 1957 af als leerling bij Vissarion Sjebalin. Hij componeerde veel volksmuziek, ook voor bajan, en voor kinderen. Hoboïst Ivan Pajsov en pianiste Natalja Sjtsjerbakova spelen zijn suite voor hobo en piano uit 1969.
Stalins dochter Svetlana schrijft in haar memoires Twintig brieven aan een vriend: “Slechts tweemaal in al die tijd voelde ik mij genoopt op te staan en te spreken. De eerste keer was dat het geval in 1954, nog vóór het Twintigste Congres. De Partij had haar kritiek uitgestort over Ilja Ehrenburg wegens zijn novelle ‘De dooi’, waarin voor de eerste maal gewaagd werd van de onderdrukkingen in de Sovjet-Unie en van de dooi die sedert 1953 was ingetreden. Ehrenburg werd ervan beschuldigd dat hij het leven in de Sovjet-Unie in veel te donkere kleuren had afgeschilderd, en dat hij Westerse manieren nabootste. Ik stond op en zei dat ik niet begreep hoe Ehrenburg iets kon worden verweten. Onze eigen partijorganen gaven immers de fouten van het verleden toe en onschuldigen, die ten onrechte waren veroordeeld, keerden nu uit de gevangenissen terug. […] De tweede keer dat ik opstond om het woord te nemen had ik nog minder succes. Dat gebeurde in 1966, tien jaar na het Twintigste Congres. Men merkte toen al weer iets van een terugkeer naar de oude methoden. Het beschamende proces tegen Sinjavski en Daniel had toen juist plaatsgevonden. Het vonnis luidde zeven en vijf jaar concentratiekamp. Op het instituut voor wereldliteratuur begon de leiding en een comité van de partij aan een campagne, niet tegen protesterenden, maar tegen hen die het hadden gewaagd niet hun instemming met de vonnissen te betuigen, die op de een of andere manier met de veroordeelden hadden gesympathiseerd, Sinjavski al jaren kenden en hem nog steeds een uitzonderlijk goed literair criticus vonden.”
DanielSinjavski

Dmitri Sjostakovitsj ondernam in deze tijd enorm veel activiteiten, voor een belangrijk deel met focus op de rehabilitatie van zijn gekuiste opera Lady Macbeth als Katerina Izmailova. Daarnaast begon hij aan de muziek bij Konsintsevs film Hamlet en componeerde in luttele tijd het Negende Strijkkwartet. In de kunstenaarsretraite in het Armeense Dilizjan schreef hij daarna in nog geen twee weken het volgende kwartet, dat hij opdroeg aan Mieczylaw Weinberg, zijn rivaal in de onderlinge strijkkwartettenmarathon. Luistert u naar het Beethoven Kwartet, dat het werk ook op 20 november 1964 in première had gebracht.
Chroesjtsjov had volgens de opstandige regerings- en partijtop te weinig respect voor uitgerekend hen, wat zij op het conto schreven van stalinistische persoonsverheerlijking. Hij werd dan ook vervangen door een “collectief leiderschap” dat naast Brezjnev bestond uit Aleksej Kosygin en Nikolaj Podgorny. Net zoals Stalin in de jaren twintig, maakte Brezjnev daarna met een paar uitgemikte strategische conflicten snel duidelijk waar de macht werkelijk lag. De invallende “opvriezende dooi” sloeg daarna overal toe, tot diep in Siberië.
Sjostakovitsj’ leerling Georgi Sviridov behoort tot de grootste Russische liedcomponisten van de vorige eeuw. Dit was al te horen in zijn prachtige vocaal poeem “Petersburg” op gedichten van Aleksandr Blok aan de vooravond van de moderne tijd. Sviridov kreeg in 1960 de Leninprijs voor een werk waarmee hij demonstreerde dat hij, net als zijn leraar, uitstekend in staat was om de machthebber te geven wat hem toekwam met zijn ‘Pathetisch Oratorium’ op ronkteksten van Vladimir Majakovski. Van een andere toonzetting en charme zijn de liederen die geïnspireerd zijn op zijn geboortestad Koersk. U hoort het Moskous Kamerkoor en een instrumentaal ensemble onder leiding van Vladimir Minin.
Volgens de officiële geschiedschrijving eindigt Chroesjtsjovs “dooi” met het proces achter gesloten deuren begon tegen de schrijvers Joeli Daniël en Andrej Sinjavski (Abram Terts) op 10 februari 1966. Zij werden berecht conform het nieuwe Artikel 70 wegens “anti-Sovjetagitatie en -propaganda”. De naar buiten gesmokkelde rechtbankverslagen vormden een van de eerste proeven van de “samizdat”. De twee schrijvers werden veroordeeld tot vijf en zeven jaar verzwaard werkkamp. Michail Sjolochov, in 1965 winnaar van de Nobelprijs voor Literatuur, noemde hen “weerwolven” en “schurken met een zwart geweten”. In 1970 kreeg Solzjenitsyn de Literatuurprijs, in 1975 Andrej Sacharov de Vredesprijs.
Wij vragen graag uw aandacht voor een bijzonder werk van een andere leerling van Dmitri Sjostakovitsj, Boris Tsjajkovski. Hij droeg zijn in 1969 voltooide Vioolconcert op aan zijn vriend Viktor Pikajzen, in Moskou leerling van David Oistrach en in 1965 winnaar van het Paganini-concours in Genua, nadat hij in 1958 al de tweede prijs won in Moskou. Het Odens Symfonieorkest staat onder leiding van Edoard Serov.
Een andere componist die gerekend mag worden tot de grotere liedcomponisten van de vorige eeuw is de Poolse, maar praktisch Russische componist en Sjostakovitsj’ vriend Mieczyslaw Weinberg. Voor zover de tijd toestaat zingt de sopraan Olga Kaloegina Weinbergs cyclus “Wiegeliedjes” opus 110 op gedichten van de Chileense Gabriela Mistral uit haar cyclus ‘Ternura’, tederheid.
1. Nikolaj Borisovitsj Gorlov (Jaroslavl 26.6.1926).
Suite voor hobo en piano (1969): 1) Sonatine, 2) Vocalise, 3) Scherzo.
Ivan Pajsov, hobo, Natalja Sjtsjerbakova, piano.
Naxos 8.570596.
2. Dmitri Dmitrijevitsj Sjostakovitsj (1906-1975).
Strijkkwartet nr. 10 in as, opus 118 (1964): 1) Andante, 2) Allegretto furioso, 3) Adagio, 4) Allegretto.
Beethoven Kwartet: Dmitri Tsyganov en Vasili Sjirinski, viool, Fjodor Droezjinin, altviool, Sergej Sjirinski, cello.
Doremi DHR-7913.
3. Georgi Vasiljevitsj Svirídov (Fatezj 16.12.1915 – Moskou, 5.1.1998).
Liederen van Koersk (1964).
Moskous Kamerkoor en instrumentaal ensemble olv. Vladimir Minin.
MEL CD 10 00647.
4. Boris Aleksandrovitsj Tsjajkovski (Moskou 10.9.1925 – 7.2.1996).
Concert voor viool en orkest in F groot (1969), aan Viktor Pikajzen.
Viktor Pikajzen (Kiev, 15.2.1933), viool, en het Odens Symfonieorkest olv. Edoeard Serov.
NF/PMA 9946.
5. Mieczyslaw Weinberg (1919-1996).
‘Wiegeliedjes’ opus 110 (1973) op gedichten van Gabriela Mistral (pseudoniem voor Lucila Godoy y Alcaya) (1889-1957): 1) Het kind was alleen gelaten, 2) En ik ben niet alleen, 3) Kleine voetjes, kleine handjes, 4) De wieg schommelen, 5) Nacht, 6) Een zorgelijke moeder, 7) de dauw, 8) Zachtmoedigheid, 9) Bang, 10) Een ontdekking, 11) Mijn liedje.
Olga Kaloegina, sopraan, en Dmitri Korosteljov, piano.
Toccata Classics TOCC 0078.

Samenstelling:
close
Om deze functionaliteit te gebruiken moet u zijn. Heeft u nog geen account, registreer dan hier.

Maak een account aan

Wachtwoord vergeten?

Heeft u nog geen account? Registreer dan hier.

Pas het wachtwoord aan